Wat voor een vriend ben jij?

Een opdracht voor school, kun je het maken zodat ik een gemiddelde heb =']? dankje.

1. Je bent de verjaardag van je vriend/-in vergeten. Wat nu?
Je zegt dat zijn/haar verjaardag niet werd gemeld op hyves.
Je stottert met een rood hoofd iets dat op sorry lijkt en gaat z.s.m. een cadeau kopen.
Je denkt: "Och, ze is mijn verjaardag ook wel eens vergeten"
Je meld je ziek op school, je kan toch niet zonder cadeau aankomen?

2. Je ziet je beste vriendin met iemand anders rondhangen. Jij;
Denkt: "Eindelijk, ben ik even van haar af"
Wordt jaloers en negeert haar de rest van de dag,
Vindt het niet erg, jij staat ook wel eens bij anderen.
Loopt erheen en gaat ook gezellig meekletsen.

3. Je vriend/-in wil samen met nog wat mensen iemand beroven. Wat doe jij?
Ik doe mee, ik kan wel wat geld gebruiken.
Ik doe mee, maar zodra ze beginnen ren ik keihard weg.
Ik doe niet mee, ben jij mal, ik hoef de gevangenis nog niet in.
Ik doe mee, maar alleen omdat zij dat wilt.
Ik doe niet mee, maar ik twijfelde wel, omdat het wel om mn beste vriendin gaat.

4. Wat zou je doen als je vriend/-in helemaal stomdronken is, maar nog naar huis toe moet op de fiets?
Je zou haar ouders bellen om te vragen of zij haar konden ophalen. Oeps, even vergeten, te laat, daar staat een kwade vader. Wat stom van me nou. (Dat zal haar/hem leren zoveel te drinken)
Je belt een taxi, gaat met haar mee in de taxi, tot haar huis, legt haar veilig in bed, en betaalt zelf de taxi.
Je laat haar lekker over aan haar eigen lot. Eigen schuld, dikke bult!
Je neemt haar achterop en hoopt dat je niet omvalt van het geschreeuw en gewiebel van je vriend/-in.

5. Je vriend/-in heeft een vriendje/-innetje. Ze/hij kijkt totaal niet meer naar je om. Jij;
Schrijft haar een e-mail met daarin dat je het stom vind dat ze niet meer met je wilt afspreken.
Staat met rondbetraande ogen voor haar deur en vraagt of ze alsjeblieft nog met je wilt omgaan.
Vertelt haar eens even goed de waarheid. Hoe kan ze dat nu doen!
Hoeft haar nooit meer te zien.

6. Je vriend/-in gaat verhuizen. Wat nu?
Veel mailen en veel bellen. Jammer dan van de telefoonrekening!
Je bent helemaal gebroken en word een zielig, alleen, depressief persoon.
Je vindt het wel erg maar gaat gelijk opzoek naar iemand anders om altijd mee te zijn.
Je houdt een afscheidsfeestje speciaal voor haar.

7. Je vriend/-in heeft tegen je gelogen, en goed ook. Jij;
zegt maar niets tegen hem/haar, jij hebt ook wel eens gelogen.
bent ten einde raad. In tranen ga je naar hem/haar toe. We zouden elkaar toch alles vertellen?
wordt verschrikkelijk kwaad en scheld haar/hem uit voor alles wat je te binnen schiet.
gaat met haar/hem praten en vraagt waarom zij/hij gelogen heeft. Hopelijk komt er geen ruzie.

8. Je vriend/-in roddelt over je achter je rug, ze vertelt dingen die jij haar in vertrouwen hebt verteld. Wat doe jij?
Jij doet precies hetzelfde.
Je gaat met haar praten, vraagt haar wat haar bezielt, en vertelt haar dat je dat in vertrouwen hebt gezegd.
Je negeert het, ze is je beste vriendin, iedereen maakt wel eens een fout.
Je wilt niets meer van haar weten en zoekt een nieuwe beste vriendin.

9. Je vriend/-in begint met roken. Jij;
doet hetzelfde, wat zij doet, doe ik ook.
rookt al, dus vindt het niet erg.
begint je vriend/-in ervan te overtuigen dat het slecht is om te roken.
gaat niet meer met diegene om totdat hij/zij gestopt is.

10. Je vriend/-in wordt opeens heel erg onpopulair. Iedereen schijnt haar te haten. Wat doe jij?
Je vraagt je af waarom, er is toch niets mis met haar?
Je gaat niet meer met haar om op school, maar buiten school wel.
(Ze was het toch al, dus wat maakt het uit?) Je neemt haar zoals ze is.
Je begint haar ook te haten, eigenlijk deed je dat al.